Hoe ik gegroeid ben als CE’er per skill toegelicht

Gedurende dit studiejaar heb ik mij ontwikkeld in verschillende CE-vaardigheden die belangrijk zijn voor mijn groei als student én als toekomstig professional. Deze vaardigheden omvatten:
kritisch denken, creativiteit, nieuwsgierigheid, communiceren, samenwerken, leiderschap, initiatief, commercieel bewustzijn, doorzettingsvermogen, aanpassingsvermogen, zelfsturing en verantwoordelijkheidsbesef.
Op deze pagina blik ik terug op mijn ontwikkeling binnen deze competenties en laat ik zien waar ik stappen heb gezet, waar ik trots op ben en wat ik verder wil verbeteren.

1. Zelfsturing

Wat betekent het?
Zelfsturing houdt in dat je zelfstandig kunt werken, verantwoordelijkheid neemt voor je leerproces en actief bijstuurt waar nodig. Je weet wat je doelen zijn en onderneemt zelf actie om die te bereiken.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar had ik al een sterk gevoel van zelfsturing: ik kon goed zelfstandig werken en nam verantwoordelijkheid voor mijn planning en taken. In semester 1 bleef dit stabiel, maar begon ik meer te reflecteren op mijn manier van werken en beter te plannen. In semester 2 heb ik dit verder versterkt door actiever feedback te vragen, realistischer te plannen en mijn eigen leerdoelen concreter te maken. Daardoor werk ik nu niet alleen zelfstandig, maar ook doelgerichter en bewuster.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 9

Halverwege het jaar (semester 1): 9

Eind van het jaar (semester 2): 10
Mijn score bleef in het begin gelijk, maar in het tweede semester zette ik een extra stap. Ik ben nu nog bewuster bezig met mijn leerproces en voel meer eigenaarschap over mijn ontwikkeling.

2. Verantwoordelijkheidsbesef

Wat betekent het?
Verantwoordelijkheidsbesef betekent dat je betrouwbaar bent in wat je doet, afspraken nakomt en eigenaarschap toont over je rol binnen een project of taak. Je voelt je verantwoordelijk voor je bijdrage en het gezamenlijke resultaat.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar voelde ik me al verantwoordelijk voor mijn werk, maar ik liet dit nog niet altijd actief zien richting anderen. In semester 1 begon ik hierin stappen te zetten, bijvoorbeeld door vaker het voortouw te nemen en zelf initiatief te tonen als iets niet liep. In semester 2 is mijn verantwoordelijkheidsgevoel verder gegroeid: ik bewaakte niet alleen mijn eigen taken, maar keek ook naar het teamproces als geheel. Als iets niet goed ging, zocht ik actief naar oplossingen en durfde ik dat ook aan te kaarten.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 7

Halverwege het jaar (semester 1): 8

Eind van het jaar (semester 2): 9
Mijn score is in kleine stappen gestegen. Ik merk dat ik nu niet alleen verantwoordelijkheid neem voor mijn eigen werk, maar ook voor het geheel. Dat geeft mij meer vertrouwen én invloed binnen projecten.

3. Kritisch denken

Wat betekent het?
Kritisch denken betekent dat je informatie niet zomaar aanneemt, maar actief onderzoekt of iets klopt. Je stelt vragen, denkt na over verschillende perspectieven en durft je mening te vormen op basis van argumenten. Ook reflecteer je op je eigen denkproces en beslissingen.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar vond ik het soms lastig om kritisch te zijn. Ik nam informatie snel aan zonder echt te checken of het klopte. In semester 1 begon ik daar bewuster mee om te gaan. Ik stelde vaker vragen, dacht meer na over wat ik zelf vond en lette beter op de opbouw van mijn werk. In semester 2 heb ik deze lijn doorgezet. Ik durf nu beter te benoemen als iets niet logisch is en kijk met een bredere blik naar opdrachten of groepsbesluiten. Ik merk dat ik steeds zelfstandiger denk en beter onderbouwde keuzes maak.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 6
Halverwege het jaar (semester 1): 7
Eind van het jaar (semester 2): 7
Mijn score is stabiel gebleven sinds semester 1. Ik ben consistenter geworden in mijn kritische houding en dat helpt me om sterker werk te leveren, al blijf ik mezelf hierin uitdagen.

4. Samenwerken

Wat betekent het?
Samenwerken betekent dat je effectief kunt meewerken in een team. Je luistert naar anderen, denkt mee, neemt verantwoordelijkheid en houdt rekening met verschillende meningen. Je durft initiatief te nemen, maar ook ruimte te geven aan anderen. Goed samenwerken draait om wederzijds vertrouwen, communicatie en het behalen van een gezamenlijk doel.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar vond ik samenwerken best lastig. Ik hield het liever bij mijn eigen deel en vond het moeilijk om actief bij te dragen aan het groepsproces. In semester 1 begon ik hierin stappen te zetten. Ik leerde beter luisteren, gaf mijn mening vaker en begon meer te denken vanuit het belang van het team. In semester 2 heb ik me hier verder in ontwikkeld. Ik betrek anderen sneller bij beslissingen, bied hulp aan als dat nodig is en durf ook aan te geven als iets niet goed loopt. Hierdoor voelde ik me sterker in een groep en werd de samenwerking vaak ook effectiever en prettiger.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 4
Halverwege het jaar (semester 1): 5
Eind van het jaar (semester 2): 6
Mijn score is geleidelijk gestegen doordat ik actiever ben gaan bijdragen aan het teamproces. Ik voel me zekerder in groepssituaties en weet nu beter hoe ik een positieve rol kan pakken binnen een samenwerking.

5. Leiderschap

Wat betekent het?
Leiderschap betekent dat je richting kunt geven aan een team of groep. Je neemt initiatief, motiveert anderen en zorgt ervoor dat doelen behaald worden. Leiderschap draait niet alleen om zelf de leiding nemen, maar ook om anderen in hun kracht zetten en het overzicht bewaren.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar gaf ik op een natuurlijke manier richting aan groepen, vooral door zelf het goede voorbeeld te geven. Ik hoopte dat anderen daarin mee zouden gaan, maar nam verder niet bewust de rol van leider aan. In semester 1 begon ik te experimenteren met het stimuleren van anderen om zelf ook initiatief te nemen. In semester 2 heb ik mijn leiderschap verder versterkt. Ik ben actief gaan coachen binnen het team, gaf ruimte aan ieders kwaliteiten en zorgde voor meer structuur in het groepsproces. Daardoor merkte ik dat het team beter ging functioneren en dat mijn invloed als leider sterker werd.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 7
Halverwege het jaar (semester 1): 8
Eind van het jaar (semester 2): 9
Mijn score is geleidelijk gestegen doordat ik bewuster ben gaan sturen en begeleiden binnen een team. Ik voel me zekerder in een leiderschapsrol en zie dat mijn aanpak effect heeft op het groepsresultaat.

6. Initiatief

Wat betekent het?
Initiatief nemen betekent dat je uit jezelf in actie komt. Je wacht niet tot iemand anders iets zegt, maar denkt mee, ziet kansen en onderneemt stappen om tot een beter resultaat te komen. Je toont verantwoordelijkheid en probeert zelf dingen in gang te zetten.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar nam ik al vaak initiatief, vooral als ik iets niet begreep of als er snel actie nodig was. In semester 1 zette ik hierin door, maar ik merkte dat ik nog niet altijd het grotere plaatje overzag of durfde te handelen zonder bevestiging. In semester 2 heb ik meerdere keren zelfstandig taken opgepakt zonder dat dit werd gevraagd. Dat gaf mij meer zelfvertrouwen en werd ook gewaardeerd door mijn groepsleden. Ik durf nu beter te vertrouwen op mijn eigen oordeel en voel me zekerder om iets te starten zonder toestemming of duidelijke opdracht.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 8
Halverwege het jaar (semester 1): 8
Eind van het jaar (semester 2): 9
Mijn score is licht gestegen doordat ik zelfstandiger ben gaan handelen. Ik durf meer te vertrouwen op mijn eigen inzicht en wacht minder af.

7. Commercieel bewustzijn

Wat betekent het?
Commercieel bewustzijn betekent dat je kansen ziet om waarde te creëren, rekening houdend met winst, klantbehoeften, duurzaamheid en maatschappelijke impact. Je denkt mee over commerciële doelen en begrijpt hoe keuzes invloed hebben op het succes van een organisatie.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar was ik vooral gericht op het persoonlijke of inhoudelijke aspect van opdrachten. Ik vond het lastig om commercieel mee te denken. In semester 1 begon ik hierin stappen te zetten, onder andere door het salesgesprek en de voorbereiding van een event. Ik kreeg meer inzicht in klantgericht denken en het belang van opbrengsten. In semester 2 ben ik bewuster gaan nadenken over de financiële haalbaarheid van ideeën. Ook keek ik meer naar duurzaamheid en het bredere effect van keuzes. Ik zie nu beter hoe commercieel denken samenhangt met maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 6
Halverwege het jaar (semester 1): 7
Eind van het jaar (semester 2): 8
Mijn score is gestegen doordat ik steeds beter begrijp wat commercieel bewustzijn inhoudt en hoe ik dat kan toepassen in projecten. Ik kijk nu verder dan alleen de inhoud: ook naar het effect en de waarde ervan.

8. Doorzettingsvermogen

Wat betekent het?
Doorzettingsvermogen betekent dat je gemotiveerd en vastberaden blijft, ook als het moeilijk wordt. Je laat je niet snel uit het veld slaan en blijft zoeken naar oplossingen. Je weet wat je doel is en blijft hieraan werken, ook bij tegenslagen of drukte.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar had ik al een sterk doorzettingsvermogen. Ik bleef doorgaan, ook als dingen lastig of onduidelijk waren, en stelde veel vragen om toch tot een goed resultaat te komen. In semester 1 bleef dit één van mijn sterkste punten: ik zette altijd door, soms misschien zelfs té veel. In semester 2 heb ik geleerd om mijn grenzen beter te bewaken. Ondanks persoonlijke drukte lukte het mij om deadlines te halen zonder de kwaliteit van mijn werk te laten zakken. Mijn motivatie en focus zijn hierdoor alleen maar sterker geworden.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 9
Halverwege het jaar (semester 1): 10
Eind van het jaar (semester 2): 10
Mijn score is hoog gebleven, omdat ik consistent gemotiveerd ben gebleven en heb geleerd om mijn doorzettingsvermogen op een gezonde manier in te zetten, met aandacht voor balans.

9. Aanpassingsvermogen

Wat betekent het?
Aanpassingsvermogen betekent dat je flexibel kunt omgaan met veranderingen. Je past je aan nieuwe situaties, mensen of taken aan zonder vast te lopen. Je blijft efficiënt en oplossingsgericht werken, ook als de omstandigheden anders zijn dan verwacht.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar voelde ik me al sterk in mijn aanpassingsvermogen. Ik wist goed te schakelen tussen verschillende situaties en kon snel een oplossing vinden als iets anders liep dan gepland. In semester 1 kreeg ik te maken met een druk schema, maar ik wist toch alles op tijd af te ronden. In semester 2 moest ik schakelen tussen verschillende groepsdynamieken. Ik merkte dat ik hier beter in ben geworden: ik bleef rustig, vond snel mijn plek en hielp het team om efficiënt te blijven werken. Mijn flexibiliteit en probleemoplossend vermogen zijn hierdoor verder gegroeid.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 8
Halverwege het jaar (semester 1): 9
Eind van het jaar (semester 2): 9
Mijn score is stabiel gebleven op een hoog niveau. Ik weet me goed aan te passen en voel me zeker in wisselende omstandigheden, wat me helpt om effectief te blijven presteren.

10. Nieuwsgierigheid

Wat betekent het?
Nieuwsgierigheid betekent dat je openstaat voor nieuwe kennis, ervaringen en perspectieven. Je stelt vragen, onderzoekt actief en wilt begrijpen hoe dingen werken. Nieuwsgierigheid is een belangrijke motor voor ontwikkeling en groei.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar was mijn nieuwsgierigheid al sterk. Ik stelde vaak vragen en wilde graag weten waarom bepaalde dingen zo waren. In semester 1 bleef dat zo: als ik iets niet begreep, zocht ik het uit of vroeg ik om uitleg. In semester 2 ben ik daarin verder gegaan. Ik ben zelfstandiger bronnen gaan zoeken en nam vaker het initiatief om dieper in onderwerpen te duiken. Mijn nieuwsgierigheid heeft mij geholpen om mijn werk beter te onderbouwen en meer grip te krijgen op complexe onderwerpen.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 8
Halverwege het jaar (semester 1): 8
Eind van het jaar (semester 2): 8
Mijn score is gelijk gebleven, omdat mijn nieuwsgierigheid constant sterk aanwezig is geweest. Het is een natuurlijke eigenschap die mij helpt om te blijven leren en verbeteren.

11. Creativiteit

Wat betekent het?
Creativiteit betekent dat je originele en bruikbare ideeën kunt bedenken. Je komt met nieuwe invalshoeken, ziet oplossingen die anderen misschien over het hoofd zien en durft buiten de gebaande paden te denken. Creativiteit draait niet alleen om “wilde ideeën”, maar ook om waarde toevoegen aan een opdracht of probleem.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar wist ik goed hoe ik creatieve tools en programma’s kon gebruiken, maar vond ik mezelf niet per se heel creatief. Toch kwamen we in projecten vaak met originele ideeën, bijvoorbeeld bij het koffiemerk. In semester 1 bleef dat hetzelfde: ik vond mijn kracht vooral in het meedenken en het bouwen op bestaande ideeën. In semester 2 is daar weinig in veranderd. Ik merk dat mijn creativiteit vooral zichtbaar wordt als ik de ruimte krijg om vanuit bestaande concepten verder te denken en daar iets eigens van te maken.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 7
Halverwege het jaar (semester 1): 7
Eind van het jaar (semester 2): 7
Mijn score is stabiel gebleven. Ik heb geleerd waar mijn creatieve kracht ligt: niet zozeer in het ‘bedenken vanaf nul’, maar in het verbeteren en verrijken van ideeën.

12. Communiceren

Wat betekent het?
Communiceren betekent dat je informatie en ideeën duidelijk kunt overbrengen, zowel mondeling als schriftelijk. Je stemt je communicatie af op je doelgroep en gebruikt de juiste toon, vorm en timing. Goede communicatie zorgt voor verbinding, duidelijkheid en samenwerking.

Mijn ontwikkeling:
Aan het begin van het jaar was communicatie nog geen sterk punt van mij. Ik was vooral bezig met mijn eigen werk en communiceerde niet altijd actief met anderen. In semester 1 begon ik me daar bewuster van te worden. Ik leerde dat duidelijke communicatie essentieel is voor samenwerking, en ik probeerde daar stappen in te zetten. In semester 2 heb ik meer initiatief genomen. Ik durfde vaker ideeën te delen binnen het team en nam actiever deel aan presentaties. Dat heeft mijn zelfvertrouwen vergroot en ervoor gezorgd dat ik mijn boodschap beter weet over te brengen.

Scoreontwikkeling:

Begin van het jaar (0-meting): 6
Halverwege het jaar (semester 1): 6
Eind van het jaar (semester 2): 7
Mijn score is gestegen doordat ik actiever ben gaan communiceren binnen het team en naar buiten toe. Ik voel me zekerder en weet beter hoe ik mijn ideeën duidelijk en overtuigend kan overbrengen.

Conclusie CE-skills

Als ik terugkijk op mijn ontwikkeling dit jaar, ben ik trots op de stappen die ik heb gezet. Ik ben gegroeid in belangrijke vaardigheden zoals leiderschap, initiatief en doorzettingsvermogen. Mijn scores laten zien dat ik het hele jaar gemotiveerd ben gebleven en actief heb bijgedragen aan groepsopdrachten en projecten. Tegelijkertijd zie ik ook waar nog ruimte voor groei is. Met name op het gebied van samenwerken en communiceren merk ik dat ik mezelf wil blijven ontwikkelen. Ik vind het lastig om taken los te laten en vertrouwen te geven aan anderen, waardoor ik in meerdere blokken veel verantwoordelijkheid op me heb genomen. Dat was leerzaam, maar ook zwaar.

Volgend jaar wil ik leren om beter te delegeren en effectiever samen te werken. Ook wil ik mijn commerciële bewustzijn verder versterken, zodat ik niet alleen inhoudelijk, maar ook strategisch en zakelijk sterker word. Deze inzichten neem ik mee naar jaar 2, waar ik hoop mijn sterke punten vast te houden en tegelijkertijd te blijven groeien in de vaardigheden die voor mij nog een uitdaging vormen

Maak jouw eigen website met JouwWeb